Ronald Sørensen vertelt over zijn overgrootvader Jørgen Johannes Sørensen: hoe hij in 1844 door zijn ouders op een Noors schip werd gezet en na vele omzwervingen uiteindelijk in Rotterdam aan wal...
Dit mes is van mijn overgrootvader geweest. Iedereen op een schip moet een mes hebben, omdat je bijvoorbeeld plotseling een touw door moet kunnen snijden.
Mijn overgrootvader Jørgen Sørensen, die in 1844 door zijn ouders op een Noors schip werd gezet. Hij moet op deze foto ongeveer 50 jaar oud zijn geweest.
Ik ben op 4 mei 1947 in Rotterdam geboren. De zee en de haven spraken als jongetje erg tot mijn verbeelding. Ik droomde ervan om te gaan varen, net als opa en mijn Noorse overgrootvader.
Op deze foto worden de twee zussen van mijn vader, Hendrika van As-Sørensen en zus Willemien van Ameyde-Sørensen, uitgezwaaid door de hele familie Sørensen en Van As in 1954 vlak voor hun vertrek...
Een brief van Hendrika Korll, de eerste echtgenote van Jørgen Johannes Sørensen, geschreven op 11 april 1869. Ze waren toen zeven maanden getrouwd. Mijn overgrootvader was op zee.
In mijn familie komt migratie veel voor. Twee ooms en een tante verhuisden naar het buitenland. De zus vertrok naar Nederlands-Indië, de twee broers zijn naar Amerika gegaan.
Mijn twee ooms Harry (voorheen Henny) en Jack (voorheen Kobus) Sørensen die naar Amerika emigreerden lieten zich in de in de Verenigde Staten in cowboy kostuum fotograferen "for the folks in the...