Van de 16de tot de 18de eeuw werkten op de handelsvloot van de Republiek zo’n 1 miljoen zeelieden en soldaten (op een gemiddelde bevolking van ongeveer 2 miljoen).
Van de Antwerpse kooplieden, hugenoten en joodse vluchtelingen die in de zeventiende eeuw een nieuw bestaan opbouwden in Amsterdam, is al redelijk veel bekend.
Een kwart tot de helft van de zeelieden, soldaten en andere werknemers die in de 17e en 18e eeuw voor de Verenigde Oost-Indische Compagnie (V.O.C.) naar Azië vertrokken, was afkomstig van buiten de
Ronald Sørensen vertelt over zijn overgrootvader Jørgen Johannes Sørensen: hoe hij in 1844 door zijn ouders op een Noors schip werd gezet en na vele omzwervingen uiteindelijk in Rotterdam aan wal g
Uit Harderwijk vertrekkende detachementen koloniale militairen op het station. Tot 1863 reisden de militairen op binnenschepen naar hun vertrekhaven, sindsdien per trein.
Uit Harderwijk vertrekkende detachementen koloniale militairen op het station. Het afscheid van Harderwijk werd steevast begeleid door het muziekkorps van het werfdepot.
Op deze foto worden de twee zussen van mijn vader, Hendrika van As-Sørensen en zus Willemien van Ameyde-Sørensen, uitgezwaaid door de hele familie Sørensen en Van As in 1954 vlak voor hun vertrek v
Een brief van Hendrika Korll, de eerste echtgenote van Jørgen Johannes Sørensen, geschreven op 11 april 1869. Ze waren toen zeven maanden getrouwd. Mijn overgrootvader was op zee.