De West-Indische Compagnie (WIC), voluit de Geoctroyeerde West-Indische Compagnie was een bedrijf uit de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden dat in 1621 werd opgericht als privaatrechtelijke onderneming met publiekrechtelijke taken; de WIC was verantwoording schuldig aan de Staten-Generaal van de Nederlanden. De compagnie ontving van de Staten-Generaal - oorspronkelijk voor 24 jaar - het alleenrecht binnen de republiek op handel en scheepvaart in het door de Staten-Generaal vastgestelde octrooigebied tussen twee meridianen. Als westgrens gold de meridiaan door de oostpunt van Nieuw-Guinea en als oostgrens die van Kaap de Goede Hoop. Het belangrijkst was de Trans-Atlantische driehoekshandel op West-Afrika, de Caraïben en Noord- en Zuid-Amerika. In de zeventiende en achttiende eeuw bezat de WIC dit staatsmonopolie op de handel en scheepvaart op West-Afrika ten zuiden van de Kreeftskeerkring, op Amerika, alsmede op alle eilanden tussen Newfoundland en Straat Magellaan. De WIC werd in 1674 opgeheven om een jaar later weer te worden heropgericht. In 1792 ging de WIC definitief ter ziele.