Curaçao
Curaçao is veruit het grootste van de benedenwindse ABC-eilanden (naast Aruba en Bonaire) met ruim 155.000 inwoners. Het eiland werd waarschijnlijk al duizenden bewoond voordat de Spanjaarden er binnenvielen in 1499. Ongeveer 2000 Caquetio werden weggevoerd als slaven naar de mijnen op Santa Domingo (Hispaniola). Anderen bleven en werkten onder meer n de veehouderij die de Spanjaarden introduceerden. IN 1634 nam de Nederlandse West-Indische Compagnie (WIC) de macht over en in 1665 begon de WIC met de handel in slaven, waarbij het eiland als tussenstation werd gebruikt. Een klein deel van de tot slaaf gemaakte Afrikanen bleef, met name als gedwongen arbeiders voor Europese handelaren en ambachtslieden in Willemstad. In 1795 kwamen de tot slaaf gemaakten onder leiding van Tula in opstand, maar die werd neergeslagen. In het begin van de twintigste eeuw leefde Curaçao van handel, landbouw en visserij, maar na de vondst van olie bij Venezuela in 1914 vestigde Shell een olieraffinaderij op het eiland die voor veel werkgelegenheid zorgde. In 2010 kreeg het eiland een ‘status aparte’, waardoor het een grote mate van zelfstandigheid kreeg binnen het Koninkrijk.
De migratie naar Nederland begon al in de 19e eeuw, op zeer bescheiden schaal, maar kreeg pas echt serieuze vormen in de jaren zestig toen enige duizenden mannen werden geworven voor bedrijven als Fokker, Philips en Werkspoor. In hun spoor volgden al snel vele anderen. Begin jaren zeventig zo’n 15.000 en een halve eeuw later bijna 130.000. De meesten van hen wonen in de Randstad. In 2018 woonden van de 160.000 Antillianen er 68.000 in Zuid-Holland (Rotterdam, Dordrecht, Den Haag), 26.000 in Noord Holland (Amsterdam, Den Helder) en 17.000 in Noord-Brabant (Tilburg), Breda en Eindhoven) en 10.000 in Gelderland (Arnhem), 9000 in Utrecht en 8000 in Flevoland.