Gastarbeiders uit Marokko

Mohammed Chaara

Mijn opa was een bijzondere man. Ik heb hem nog gekend, hij heeft de wonderbaarlijke leeftijd van 114 jaar bereikt. Op het laatst was hij blind, hij voelde dan met zijn handen wie ik was. Toen ik zeventien was heb ik veel met hem gesproken. Ik was heel erg bezig met wie ik was en waar ik vandaan kwam. Mijn ouders wisten niet zoveel over het verleden. Daarover praatte ik dan met mijn opa.

Grootgrondbezitter, boer, notaris, soldaat

Mijn opa werd in 1880 geboren in het dorpje Ketama, in het Noorden van Marokko. In zijn familie was hij de eerste die zich vestigde, zijn ouders leefden nog als nomaden. Hij bezat veel grond, niet hectaren, maar bergen! Naast grootgrondbezitter en boer was hij ook notaris. Hij was echt een ondernemer en inventief in het vinden van manieren om geld te verdienen. Hij ging bijvoorbeeld naar de markt en stond daar met een bord: ik ben notaris. Als notaris heeft hij heel veel huwelijken gesloten. Het leven van mijn opa was eenvoudig en hard. In die tijd bepaalde je kracht en aanzien hoeveel grond je bezat. Mijn opa kon heel veel, tijdens de vrijheidsstrijd in de jaren twintig was hij ook soldaat.

Onder de vrijheidsstrijder Mohammed Abdelkrim El Khattabi heeft mijn opa gevochten tegen de Spanjaarden, die het noordelijke deel van Marokko in hun macht hadden. Boven zijn deur had hij een geweer hangen, waarmee hij gevochten had in deze oorlog. Hij was daar heel trots op. Als jongetje schrok ik natuurlijk van het wapen. Mijn opa vertelde mij hoe Abdelkrim en zijn mannen bij iedereen aan de deur klopten om te vragen of ze mee wilden vechten tegen de Spanjaarden. Mijn opa kon heel trots vertellen hoe ze met tientallen tegen een heel leger vochten en nog wonnen ook. Als Berbers waren ze gewend zich te moeten verdedigen. Iedere nacht kon iemand op je deur kloppen en je land opeisen.

Foto gemaakt toen mijn ouders nét wisten dat mijn moeder zwanger was van mij. Toen ze hoorden dat ze hun eerste kind kregen hebben een Turkse buurvrouw gevraagd een foto te maken met haar polaroidcamera.
Foto gemaakt toen mijn ouders nét wisten dat mijn moeder zwanger was van mij. Toen ze hoorden dat ze hun eerste kind kregen hebben een Turkse buurvrouw gevraagd een foto te maken met haar polaroidcamera (Amsterdam, 1979). Privé collectie..

Mijn vader

Mijn vader groeide op in Katama, een dorpje in het noorden van Marokko als middelste zoon in een gezin van zeven kinderen. Tot zijn vijftiende ging hij naar de koranschool, de enige school in de omgeving. Daarna bood zijn vader hem land aan om hiermee zijn bestaan op te bouwen en te kunnen trouwen.

Op zoek naar een beter leven

Maar mijn vader wilde weg uit Ketama. Hij vond dat de tijd er stilstond en wilde zijn kinderen meer kansen geven dan hijzelf had gehad. Dat is zijn drijfveer geweest om weg te gaan, eerst uit zijn geboortedorp, daarna uit Marokko. En hij wilde niet afhankelijk zijn. Mijn opa zei tegen hem: ‘Waarom maak je het jezelf zo moeilijk? Ik kan je alles geven.’ Maar tegelijkertijd liet hij hem vrij om een eigen keuze te maken. In 1975 vertrok mijn vader uit Ketama.

Mijn vader reisde door Marokko en had het ene baantje na het andere. Toen hoorde hij over een boot die in de haven van Tanger lag, waar mensen gezocht werden om te werken in Nederland. Hij is het avontuur aangegaan en is in 1976 samen met een vriend naar Nederland vertrokken. In Nederland belde hij zijn vader op en vertelde dat hij in Europa was en hier zijn bestaan ging opbouwen. “Mijn opa zei: ‘Dat is prima, maar vergeet ons niet!"

Eerst werkte mijn vader een aantal jaren als gastarbeider bij een bloemenveiling in Aalsmeer. Hij kreeg een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd en woonde op een kamer die hij met een aantal andere gastarbeiders moest delen.

Moeilijke begintijd

In het begin was het heel moeilijk. Mijn vader kon niet goed zijn weg vinden in de Nederlandse samenleving, onder andere omdat hij geen Nederlands sprak. Hij was heel onzeker over zijn verblijf in Nederland en niet gemotiveerd om de Nederlandse taal te leren, omdat hij ervan uitging dat hij toch zou worden teruggestuurd naar Marokko. Door zijn praktische en flexibele instelling heeft hij hier uiteindelijk toch goed kunnen aarden.

In 1977 werd de wet voor gezinshereniging ingesteld. Daar heeft mijn vader gebruik van gemaakt, omdat hij hierdoor meer zekerheid en stabiliteit kon krijgen. Een goede vriend van mijn vader stelde hem voor met zijn zus te trouwen. Mijn vader vond het een goed idee. Hij heeft met haar kennisgemaakt in Marokko en haar ouders om haar hand gevraagd.

Mijn moeder

Mijn moeder was toen negentien jaar, ze zat nog op school en droomde ervan een farmaceutische opleiding te volgen. Iedereen in haar omgeving zei dat dit de kans van haar leven was. Ze accepteerde het aanbod omdat ze haar toekomstige kinderen een betere toekomst wilde bieden. Na een grote bruiloft in Marokko vloog ze met mijn vader naar Nederland. Mijn vader was heel erg trots dat hij dit bereikt had: nu kon hij zijn gezin stichten. Een jaar later ben ik geboren. Toen mijn ouders hoorden dat mijn moeder zwanger was waren ze zo gelukkig en opgetogen dat ze besloten in Nederland te blijven zolang hun vergunning dat toeliet. Mijn moeder besefte in die tijd voor het eerst dat Nederland een goed land is om je kinderen te laten opgroeien.

Mijn moeder vond het lange tijd ontzettend moeilijk om te wennen in Nederland. Ze kwam uit een heel hecht gezin en miste haar familie in Marokko erg. Ze had haar familie beloofd terug te keren. Mijn moeder vindt het nog steeds jammer dat ze de farmaceutische opleiding niet heeft gevolgd. Ze droomt er nog steeds van ooit een apotheek te hebben in Marokko. Bij meningsverschillen dreigt mijn moeder soms dat ze vertrekt naar Marokko om daar haar winkel te openen!

Mijn ouders hebben beiden lange tijd gedacht dat ze weer naar Marokko zouden moeten terugkeren en alleen tijdelijk in Nederland woonden. Mijn vader ging ervan uit dat ze door de Nederlandse overheid zou worden teruggestuurd.

Mijn jeugd in Amsterdam

Ik werd in 1980 geboren in de Transvaalbuurt in Amsterdam-Oost. Ik heb mooie herinneringen aan mijn jeugd, het was een heel mooie, onschuldige tijd. Ik was een jongen die veel buiten speelde. Als ik thuis kwam van school liep ik meteen weer naar buiten, naar het Nikeplein. Daar waren dan al mijn vrienden. We voetbalden vaak de hele middag en vergaten alles om ons heen.

Verschillende culturen

Dit samen spelen met kinderen uit allerlei culturen heeft grote invloed gehad op wie ik nu ben. Mede hierdoor kan ik nu goed omgaan met mensen uit verschillende culturen. Door dit samen spelen heb ik geleerd dat iedereen gelijk is en hebben we elkaars taal geleerd. Ik had Nederlandse vrienden, Surinaamse vrienden, het maakte niet uit wat iemands achtergrond was.

Oudste kind

Na mij kregen mijn ouders nog acht kinderen. Als oudste kind had ik een speciale positie binnen het gezin. Omdat ik de oudste was, gaf mijn vader mij de verantwoordelijkheid de man in huis te zijn. Mijn vader had als kind dezelfde functie gehad, hij was de bewaker geweest van het huis en kwam op voor zijn familie. Omdat mijn ouders het Nederlands niet goed beheersten las ik alle brieven en moest ik de belangen behartigen van de familie Chaara. In plaats van andersom maakte ik hen wegwijs in de Nederlandse samenleving.

Het dragen van deze verantwoordelijkheden tijdens mijn jeugd heeft grote invloed heeft gehad op wie ik nu ben. Hierdoor heb ik veel vaardigheden ontwikkeld waardoor ik altijd op actief sta. Het nadeel is misschien dat het moeilijk is om deze positie los te laten.

Acteur worden

Ik merkte op jonge leeftijd al dat ik anders naar films keek dan mijn vriendjes. Ik kon het alleen nog niet zo goed plaatsen. Ik keek of iets klopte en of er goed geacteerd werd. En ik was heel erg geïnteresseerd hoe een films gemaakt werden. Op de basisschool in groep acht speelde ik in een musical op het afscheidsfeest. Ik vond het zó leuk dat ik na de uitvoering aan de meester vroeg of acteren ook echt een beroep was, of je er ook echt je geld mee kon verdienen.

Toen ik aan mijn ouders vertelde dat ik acteur wilde worden, reageerden ze negatief. Ze vonden het niks, ik moest iets gaan doen wat meer status had. Ik moest hen er eerst van overtuigen dat het een écht beroep is, waarmee je geld kunt verdienen. Het beroep van acteur was iets nieuws binnen de Marokkaanse gemeenschap, en ook binnen onze familie. Nu zijn ze eraan gewend en is mijn moeder zelfs trots als een jongetje bij de groenteman een handtekening van mij vraagt.

Doorbraak in Goudkust

Met mijn rol als Samir in Goudkust was ik één van de eerste Marokkaanse acteur die doorbrak in de Nederlandse filmwereld. In Nederland worden ‘Marokkaanse acteurs’ helaas nog steeds vooral gevraagd voor rollen waarin ze een Marokkaan moeten spelen, voor clichérollen. Ik zou heel graag een mooie rol spelen waarbij de kijker mij niet als een Marokkaan ziet.

Ik bewonder acteurs van Italiaanse komaf in de Verenigde Staten, die inmiddels een belangrijke positie hebben veroverd in de Amerikaanse filmindustrie. Al Pacino, Robert de Niro, zij noemen zich gewoon Amerikanen en worden zo ook gezien. Ik noem me ook Nederlander, maar word helaas vaak nog als Marokkaan benaderd.

Grote bewondering

Ik heb grote bewondering voor mijn vader. Hij heeft grote onzekerheid en veel turbulentie gekend in zijn leven. Hij zei vaak tegen mij: "Je weet niet wat ik heb moeten doen om hier te komen." Ik denk niet dat ik hetzelfde had kunnen doen. Als ik hem in zijn ogen kijk, zie ik dat hij veel heeft meegemaakt. Tijdens zijn zoektocht naar een beter leven ondervonden hij hoe hard de wereld kan zijn. Dit heeft hem argwanend gemaakt en ervoor gezorgd dat hij altijd op zijn hoede was. Hierdoor ging hij er lange tijd van uit dat hij terug moest naar Marokko. Hij vertrouwde het systeem in Nederland niet en dacht als een migrant. Dat zie je bijvoorbeeld in de manier waarop hij met zijn Nederlandse paspoort omgaat: dat zit in een kluis. Zijn paspoort is voor mijn vader zijn sleutel voor de toekomst.

Zijn levensdoel was een gezin stichten en vervolgens rust en zekerheid creëren voor zijn vrouw en kinderen. Werk was voor hem een middel om dit doel te bereiken. Hij heeft keihard gewerkt tot aan zijn pensioen. Ik waardeer hem enorm om alles wat hij voor ons heeft gedaan en gelaten. Mijn vader was niet ambitieus. Hij voelde zich verantwoordelijk voor zijn familie en nam daarom weinig risico. Na zes jaar tijdelijk werk kreeg hij een baan in Amsterdam, bij hotel Novotel. Toen hij eenmaal deze baan had gevonden, richtte hij zijn leven in op het creëren van rust. Dat verklaart waarom hij dertig jaar lang, tot aan zijn pensioen, voor Novotel heeft gewerkt. Hij stond iedere dag vroeg op zodat hij om zeven uur op zijn werk kon zijn. Hij wilde dezelfde rust vinden die zijn vader had.

Daarnaast vergeten mensen dat ‘de Marokkanen’ over wie ze het hebben allang geïntegreerd zijn en inmiddels betrokken klassenouders zijn. Ik heb als peuter ook rozijntjes uitgedeeld op school en ‘hap hap hap, slok, slok, slok’ gezongen bij het eten!

Mijn vader heeft me altijd de vrijheid gegeven om te zijn wie ik ben. Hij wees op mijn eigen verantwoordelijkheid en zei vaak tegen mij: ‘Het hangt van jezelf af waar je terechtkomt. Als je ontspoort is dat je eigen keuze.’. Ik ben blij dat hij mij altijd deze vrijheid heeft gegeven om zelf te bepalen wat ik deed. Doordat hij mij deze keuzevrijheid gaf, voelde ik me vrij en was ik gemotiveerder om een bewuste keus te maken. Mijn vader kon mij denk ik die vrijheid geven omdat mijn opa hem ook de ruimte had gegeven. Dus eigenlijk heb ik dit ook te danken aan mijn opa…

Ik heb niet de rust die mijn vader had en benijd hem weleens om deze rust. Uiteindelijk heeft dat veel meer waarde dan alles wat je verdient. ‘Ga voor de zekere tijd’, zei hij vaak tegen mij. Ik ben wel ambitieus, maar probeer ook rust en zekerheid te vinden.

Marokkaanse Nederlander

Mijn Marokkaanse achtergrond en ook mijn geloof spelen wel een rol, maar ik zie het puur als een privé-aangelegenheid. Met mijn vader sprak ik hier vroeger ook over. Het waren geen lange gesprekken, maar wat hij zei waren altijd wezenlijke dingen over het leven. Hij vond het heel belangrijk dat ik mijn identiteit niet verloochende, en dan bedoelde hij dat ik moslim én Marokkaan ben. Hij vond niet dat we hier heel nadrukkelijk mee naar buiten moesten treden, maar privé moest dit wel een belangrijke rol spelen. Hij zei bijvoorbeeld: ‘Vergeet niet dat je ook doodgaat, vergeet God niet. Het geloof is het fundament van je leven.’

Ik erger me over de manier waarop er over Marokkanen gesproken wordt. Mensen hebben vaak een heel verkeerd beeld van Marokkanen. ‘De Marokkaan’ bestaat niet, er zijn zoveel verschillen onderling! Helaas zijn er niet genoeg schrijvers die hier een goed beeld van geven. Daarnaast vergeten mensen dat ‘de Marokkanen’ over wie ze het hebben allang geïntegreerd zijn en inmiddels betrokken klassenouders zijn. Ik heb als peuter ook rozijntjes uitgedeeld op school en ‘hap hap hap, slok, slok, slok’ gezongen bij het eten!

Historisch besef

Mensen hebben vaak te weinig historisch besef. Als Nederlanders meer zouden weten over de Nederlandse geschiedenis en over de geschiedenis van migranten, zouden ze anders aankijken tegen migranten en hun nakomelingen. Het is belangrijk dat de verhalen van migranten en hun nakomelingen verteld worden. Ik praat er weleens met collega’s over dat we iets moeten doen met het gegeven dat we nu even oud zijn als onze vaders toen ze net in Nederland kwamen. Er is zoveel veranderd in twee generaties! Ik ben wel optimistisch over de toekomst. Ik denk dat de volgende generatie veel neutraler kijkt naar migranten en nakomelingen van migranten.